Print Ad Interim. Jaargang 6(1949)– [tijdschrift] Ad Interim– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Inhoudsopgave [Ad Interim, 1949, nummer 1] Regionen H.W.J.M. Keuls Lof der middelbare jaren C.J. Kelk Twee gedichten M. Vasalis Een droom Anna Blaman Robot Gerrit Achterberg Kindergraf Gerrit Achterberg God Pierre Kemp Bijgeboorte Pierre Kemp Kronieken [Ad Interim, 1949, nummer 2] Kinderen Fragment M. Vasalis Ephialtes van Athene of Hoe de eerste democratie ter wereld kwam (fragment) Jef Heydendael Uit: Het leeg seizoen Bert Voeten Twee etudes Uit en thuis Michel van der Plas De verloofde Marmer en abrikozen Een reis naar Roussillon (fragment) Jeanne van Schaik-Willing Spel Gerrit Achterberg Verdemen Asbelt Kronieken [Ad Interim, 1949, nummer 3] Argwaan Pierre Kemp Vreemdeling Henk Breuker Lied van de liefde Hubert van Herreweghen De weemoedige herfst Oeverloos Nico Verhoeven Renunciatie Vrienden en vrienden en vrienden Ferdinand Langen Kanttekeningen [Ad Interim, 1949, nummer 4] Scherven van de kosmos Hans Redeker Aan mijn dochter Bert Voeten Twee tegen een Dola de Jong Verwekking A. Margadant De kunstenaar Cornelia Brinkman Een treinreis Tonny Scherft Kronieken [Ad Interim, 1949, nummer 5/6] De kleine bazuin Robert Franquinet Het bruidsbouquet Josepha Mendels Kruis en munt Johan Daisne Het huis op de heuvel Hubert van Herreweghen Gesprek Hubert van Herreweghen De list Jan Arends De lege heester Bert Voeten Twee verhalen Jaap Romijn Gedichten C. Buddingh' Roulecanade L.Th. Lehmann Kronieken [Ad Interim, 1949, nummer 7] Nagelaten kwatrijnen Jacob Israel de Haan (1881-1924) Uiting en vorming Albert Verweij Zeesonnet Bertus Aafjes Beek-bij-bos Ferdinand Langen Bij de tram Jos Panhuijsen Kronieken [Ad Interim, 1949, nummer 8/9] Bij dit nummer Charles d'Orleans (1391-1465) Twee rondelen De ballade van de gehangenen François Villon (1431-1480?) De dood van den wolf Alfred de Vigny (1797-1863) De slapende Boaz Victor Hugo (1802-1885) Zij had als kind... Victor Hugo Mijn twee dochters Victor Hugo De verheerlijkten Gerard de Nerval (1808-1855) Droefenis Alfred de Musset (1810-1857) Lied Alfred de Musset De albatros Charles Baudelaire (1821-1867) Aan een voorbijgangster Charles Baudelaire Het einde Tristan Corbière (1841-1875) Dichtkunst Paul Verlaine (1844-1896) Lied zonder woorden Paul Verlaine Het dronken schip Arthur Rimbaud (1854-1891) (Fragment) De schamele droom Arthur Rimbaud Stanzen Jean Moréas (1856-1910) De roeier Paul Valéry (1871-1945) Geheime ode Paul Valéry Geen bed, geen kamer... Anna de Noailles (1876-1933) De sneeuw blijft... Anna de Noailles 1920-1950 La poésie doit être faite par tous. Non par un. Lautréamont Rijnlied in de herfst Guillaume Apollinaire (1880-1918) De klokken Guillaume Apollinaire Ziekte Jules Supervielle (1884-) Het werk van de dichter Paul Eluard (1895-) De dove en de blinde Paul Eluard Alleen spreken Tristan Tzara (1896-) Seringen en rozen Louis Aragon (1897-) Neem mij mee Henri Michaux (1899-) Ik ben gong Henri Michaux Honingwiel of ossenwater Eduard Jaguer (1921-) [Ad Interim, 1949, nummer 10] Marginalia bij Goethe Rudolf Hirsch Gobelin Gerrit Achterberg Pand Huiszoeking Een slaaf met initiatief Gerrit Kouwenaar Prélude Cornelia Brinkman Angèle Degroux De waterput Brief in een fles Blaise cendrars F.J. Temple Parijse kroniek Kanttekeningen