Biekorf. Jaargang 98
(1998)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 145]
| |
Losse aantekeningen bij testamenten in St.-Donaas, 1541-1569Ga naar voetnoot(1)Testamentair gaf de befaamde deken van St.-Donaas, Mark I Laurijn, aan Catharina, dochter van zijn broer Peter, sua instrumenta musica dicta violen, 1540 (Fonds St.-Donaas, D 44bis). In 1541 dan gaf de kapelaan Peter van Westvoorne - met de opbrengst van zijn boeken in de refter van St.-Donaas stichtte hij een kapelanie in de Catharinakerk te Briel - de zusters van de Castanjeboom te Brugge imago salvatoris lignea, de houten sculptuur van de Verlosser die op een houten kruis hing (Ibid.). Kapelaan Gheraert Bucxhoren schenkt in 1553 aan zijn nicht Elisabeth Bucxhoren een gouden rijnck ghestoffeert met een tafele van dyamant, en een zelveren vergulden croes aan haar moeder (D 45, nr. 153). De pastor van de Donaaskerk, voormalig rector aan de Sorbonne, Jheroom Clichthove (1556), bezit een gouden rijnckin met een dootshoofdt inden steen van peerle, zulc als Francois Noroit wel plach te makene. Hij blijkt een kapelaan te hebben die bij hem inwoonde, net als de teekenare (die teken geeft wanneer de diensten beginnen) Loys Palliet, en twee vrouwelijke dienstboden (D 45, nr. 158). Wanneer de deken Frans Bave overlijdt in 1556 geeft hij de draco argenteus, de zilveren draak (een kaarsenhouder, boekensteun) nog van zijn vader afkomstig, aan zijn broer Judocus, en aan zijn zus, gehuwd met Jan Martin, de tapijten die hangen in zijn slaapstee cum picturis et imaginibus existentibus in comptorio suo, met de schilderijen en sculpturen uit zijn kantoor. Hij moet nog wel een rekening betalen aan een koperslager uit Lier (D 45, nr. 161). De kantoren van de kanunniken geven normaal uit op de ommegang noord.
Wanneer Adriaen van Pollinchove in 1560 overlijdt voorziet hij als doodsmaaltijd voor de familie en de medekapelanen van St.-Baselis zeevisch en versschen visch, ghesouten salme en verssche salme. Hij laat zijn inboedel à 62£ 17 sch. 3 den. gr. verkopen door stokhouder Pieter Adriaens en sticht in de Baseliskerk het feest voor de Zeven Weedommen op zaterdag vóór Palmzondag. Hij laat door | |
[pagina 146]
| |
Lucas vander Beke, steenhouwere, à 20 sch. gr. een gedenksteen maken - die nog bewaard bleef - die bedoeld was om boven het graf inden muer, in de ommegang van St.-Donaas, te worden ingemetseld. Op vandaag in de H. Bloedkapel (D 45, nr. 164).
Bij het overlijden van de cler. inst. Toussaint Baert, 1560, moet de scholaster W. Bertrand hem nog 10 gr. over de motetten bij hem ghesonghen in dese kercke een termijn van vier maenden. Hij was dus één van de 4 of 5 volwassen canters die wekelijks in vaste fundaties polyfoon moesten optreden (D 45, nr. 164).
Jan Smout - hij overlijdt in 1563 en was sinds 1540 kapelaan, sinds 1548 koorkapelaan wat betekende dat hij elke donderdag in de sacramentsmis het evangelie voorzong - had in zijn eedtcamere een beeld van sinte Ontcommere en van Marie, waeromme gheschildert staet O qua Pulchra, op zijn slaapkamer een beilde van St.-Hieronimus. Hij geeft zijn broer Anthuenis een roomsch missaelkine twelcke zijnen vader zaligher ghedachten plach mede te kercke te draghene, twelcke de voorseide Anthuenis altemets heeft behaecht, ende ghenouch begheert (D 45, nr. 172).
Geraert Bachuijs († 1569), reeds sinds 1523 als schoolrector, sinds 1537 als kanunnik aan St.-Donaas verbonden, geeft zijn wettelijke erfgenamen - de kinderen van Lambert, Jan, Peter, Catharina en Henric Bachuijs - alleen 100 van de 500£ gr. opgespaarde gelden. Hij schenkt wel een robijn aan de vrouw van mag. Nicolaes vander Wijmpe, testamentaris, een draetrijnck aan haar zuster, en nog een draetrijnck aan de dochter van mag. J. Wijts, tweede testamentair. Zes boekentitels geeft hij cadeau; alleen één aan de kapittelbibliotheek - het betreft in het totaal 13 volumes (D 45, nr. 205). De familie wordt niet verwittigd en mag ook het sterfhuis niet betreden.
Het nr. 155 tenslotte, een charter 22 juni 1555, bevat het bezet, middels een huis ten voorhoofde ande voet van sint gillisbrugghe (St.-Gillisnieuwstraat), bedoeld om twee eeuwige renten, leenen, payementen te produceren waarmee sdaechs naer assencioensdaghe des achternoens de vigilien | |
[pagina 147]
| |
ende tsanderdaeghs daernaer de messe van requiem inden choor wordt gezongen alsoot behoort over de ziele mer Loys Vyves, in zijnen levene docteur in beede van rechten..., ende tander den thiensten dach van october, over de ziele van vrauwe margriete valdaura, wijlen voorseijts mer Loys ghezellenede. Bezetter was docteur in medicijne meester Nicolaus [en Maria] Valdaura (zie Biekorf, 1979, blz. 48), toen nog 6 mei en 11 oktober. A. Dewitte |
|