Naar een nieuw samengaan van muziek en poezie
Het Volk, 22.10.1973
De nieuwe reeks ipem-concerten vertrekt met het opzet te zoeken naar nieuwe vormen van samengaan tussen poëzie en muziek. En voor de zoveelste keer is men ook van zaal veranderd. Van de Blandijnberg naar de St.-Pietersabdij naar de Zwarte Zaal en ten slotte naar de galerij Foncke. De keuze is bepaald door de voorkeur voor de kleine ruimte. Zachte muziek - en dat wordt door de programmatie dit jaar beoogd - is het best gediend met intimiteit.
De keerzijde van de medaille is plaatsgebrek. Bij het eerste concert waren er al staanplaatsen.
Het programma van de twee Brugse muzikanten Willie Verdievel (trombone) en Willie Carron (contrabas) en dichter Gust Gils was voornamelijk gericht op werk van de componisten van het huis: Goethals en Goeyvaerts. Daarnaast de vijfde sequenza voor trombone-solo van Bério. De ‘Zeven Haikoes’ van Goethals gebruiken alternerend de gesproken taal en de geluidsband. Haikoes zijn korte Japanse gedichten. Hier ging het wel te verstaan om scheppingen van Gust Gils in de stijl van de Japanse voorbeelden, kort en zonder tijdsbepaling. De dichter droeg ze zelf voor. Tussen die haikoes lopen zeven even korte muziekfragmenten waarin Goethals een beperkte serie electronische klanken varieert en van plaats verwisselt. Omdat zoveel poëziefragmenten als muziek in verschillende volgorde kunnen worden uitgevoerd - het gaat om een ‘mobiele’ kompositie - naar de zin van de uitvoerders, gaf men twee versies van het werk.