Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6,77 MB)

ebook (8,41 MB)

XML (1,11 MB)

tekstbestand






Illustrators
Jan Luyken
Caspar Luyken



Genre
non-fictie

Subgenre
non-fictie/naslagwerken (alg.)
non-fictie/natuurwetenschappen/biologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden

(1698)–Steven Blankaart

Vorige Volgende

CCCCLXXXVIII. Hoofd-stuk. Triticum, Tarw, Weit.

EIgentlyk is 'er maar een soorte van Tarw; sy heeft dan vry hooge, ronde halmen, schietende veele uit een dunne, veselige wortel, hebbende drie ofte vier knoopen; dese halmen hebben drie ofte vier grasagtige bladen, die van de Rogge ofte Gerste gelyk, maar wel soo klein. Op de top van yder halm komt een aare, somtyds van een halve spanne lang, sonder eenige hairagtige ofte baardagtige stekeligheid, gelyk de Rogge wel heeft, alhoewel hare ongebaarde kaf-huisjes, ofte bolsters, ruw, en min ofte meer stekelig in het aantasten zyn. Yder kaf-huisjen heeft een tarw-korltjen in zig van buiten geel, maar van binnen vol wit meel; zynde langagtig, in 't midden breeder dan aan de enden: hebbende aan eene zyde een voore, ofte uitgeholde streep, gelyk de rog: dit koorn ryp zynde valt ligtelyk uit.

Behalven dese is 'er nog een soort dese ganschelyk gelyk, maar is gebaard als de Gerst; waar van ik een aare heb, die uit agt ofte negen aaren bestaat: in 't Stigt van Uitregt over lange jaren gewassen.

[p. 592]

Sy groeijen beide in de bouw-landen, maar d'eerste is de gemeenste. d'Eerste, en voornamelyk de Zeeuwse, brengt een witter en vetter koorn voort; maar de laatste een rosser en kleinder: daarom heeft men te Gorkum, Vianen, enz. gemeenlyk veel schraalder tarwen-brood. Men deeltse gemeenlyk in Winter-tarw, die in den Herfst gesaaid werd, welkers plant in 't voorjaar menigvuldiger aaren voortbrengt: en in een Somer-tarw, die in het voorjaar gesaaid werd, en dese is soo menigvuldig niet: evenwel geven sy in de Somer beide ryp koorn.

De Tarw bestaat uit veele werkelyke en sagte voedsame deeltjes: alsoo dat van het gemale koorn brood gebakken werd: welkers fyne meel uitgesift zynde, bloem genaamt werd, waar van men ook de styfzel maakt: van het groove overblyfsel, nog eens gemalen zynde, ofte door een groover buidel gedaan, maakt men een brood, dat men hier t'Amsterdam Bollen noemt: en het grofste overblyfsel zyn de zemelen, die gebruikt werden tot voedsel van de hoenderen: en zyn mede dienstig om daar mede te pakken enz. Van het meel maakt men witte-brood, koeken, pappen enz. Van dit koorn maakt men mede mout, om bier te brouwen.

In de genees-kunde is het seer versagtende, rypende, verdryvende, op eenige geswellen gelegt; droog op roosige ledematen geplaatst, doet die verdryven: het stilt de pyn der oogen en geswellen: en sulx doen mede de semelen, in sakjes genaaid en warm opgelegt. Hier werden wel eenige bereidingen uit gemaakt, maar meest onnut.


Vorige Volgende