Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Nagelate schriften

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4,16 MB)

ebook (3,80 MB)

XML (2,37 MB)

tekstbestand






Genre
non-fictie

Subgenre
vertaling
non-fictie/filosofie-ethiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Nagelate schriften

(1677)–Benedictus de Spinoza

Vorige Volgende
[p. 519]

Achtentwintigste Brief.
B.d.S. aan de zelfde.

Waarde Vrient,

 

Gy vraagt aan my, of wy aervarentheit behoeven om te weten of de bbepaling van enig ding waar is. Ik antwoord hier op, dat wy nooit ervarentheit behoeven, dan tot die dingen, de welken uit de bepaling van de zaak niet besloten konnen worden; gelijk tot een voorbeelt, de cwezentlijkheit der dwijzen; want deze kan uit de ebepaling van de zaak niet besloten worden: maar niet tot die dingen, welker fwezentlijkheit niet van hun gwezentheit honderscheiden, en dieshalven uit hun ibepaling besloten word. Ja geen kervarentheit zal ons dit ooit konnen leren en aanwijzen. Want d' ervarentheit wijst geen lwezentheden van zaken aan: maar 't hoogste, dat zy doen kan, is onze mziel te nbepalen dat zy omtrent zekere wezentheden van zaken denkt. Dieshalven, dewijl de owezentlijkheit der ptoeëigeningen niet van hun qwezentheit verschilt, zo zullen wy de zelfde door geen rervarentheit konnen bekomen.

Dat gy wijders aan my vraagt, of de szaken, of td' aandoeningen der zaken ueeuwige waarheden zijn. Ik zeg volkomelijk ja. Indien gy weêr voorwerpt, waaröm ik hen geen eeuwige waarheden noem: ik antwoord, om hen, gelijk alle anderen gewent zijn, van die dingen t'onderscheiden, die geen zaak, of aandoening van zaak verklaren; gelijk, tot een voorbeelt, van wniets word niets: deze en diergelijke xvoorstellingen, zeg ik, worden yvolstrektelijk eeuwige waarheden genoemt, met het welk zy niets anders willen aanwijzen, dan dat zodanige dingen geen plaats buiten de zziel hebben, enz.

a
Experientia.
b
Definitio.
c
Existentia.
d
Modi.
e
Difinitio.
f
Existentia.
g
Essentia.
h
Distinguere.
i
Definitio.
k
Experientia.
l
Essentiae.
m
Mens.
n
Determinare
o
Existentia.
p
Attributa.
q
Essentia.
r
Experientia.
s
Res.
t
Affectiones rerum.
u
Veritates aeternae.
w
Nihil.
x
Propositiones.
y
Absolutè.
z
Mens.

Vorige Volgende